LADEN

Type om te zoeken

Europese autofabrikanten dringen aan op soepelere CO₂-doelstellingen en grotere rol voor hybrides en e-brandstoffen

Europese autofabrikanten dringen aan op soepelere CO₂-doelstellingen en grotere rol voor hybrides en e-brandstoffen

Europese autofabrikanten dringen aan op soepelere CO₂-doelstellingen en grotere rol voor hybrides en e-brandstoffen


• ACEA roept op tot versoepeling van de CO₂-doelstellingen van de EU, met als argument dat volledige elektrificatie vóór 2035 onrealistisch is gezien de huidige markt- en infrastructuurbeperkingen.
• Voorstellen omvatten verlengde nalevingsperiodes, hybride kredieten en gelijke behandeling voor voertuigen die op CO2-neutrale brandstoffen rijden.
• De jaarlijkse evaluatie van de Europese Commissie zou een nieuwe vorm kunnen geven aan de manier waarop het blok industriële concurrentiekracht in evenwicht brengt met klimaatambities.

Autofabrikanten streven naar flexibiliteit nu de druk op elektrificatie toeneemt

De Europese auto-industrie dringt aan op een herijking van de CO₂-emissiedoelstellingen van de Europese Unie. Ze waarschuwt dat het streven van de EU naar volledige elektrificatie het risico loopt te botsen met de economische en industriële realiteit.

De Europese Vereniging van Autofabrikanten (ACEA), die bedrijven als Volkswagen, Stellantis en BMW vertegenwoordigt, heeft voorstellen ingediend bij de Europese Commissie waarin wordt aangedrongen op een "pragmatischer traject" naar koolstofarm wegvervoer. De Commissie zal naar verwachting de huidige doelstellingen voor auto's, bestelwagens en vrachtwagens eind 2025 herzien, te midden van groeiende zorgen over tarieven, wereldwijde onevenwichtigheden in de toeleveringsketen en de trage uitrol van infrastructuur.

Volgens de EU-wetgeving moeten autofabrikanten de CO₂-uitstoot van nieuwe auto's en bestelwagens tegen 2035 met 100% verminderen, wat in feite een verbod op nieuwe voertuigen met een verbrandingsmotor (ICE) betekent. De tussentijdse doelstellingen voor 2030 vereisen een forse reductie – 55% voor auto's en 50% voor bestelwagens – ten opzichte van de niveaus van 2021. ACEA stelt dat deze tijdlijnen niet langer haalbaar zijn, gezien de tekorten in de vraag naar elektrische voertuigen, de achterblijvende laadinfrastructuur en de concurrentie van de goedkope elektrische modellen uit China.

Voorstellen van ACEA: hybrides, e-brandstoffen en verlengde deadlines

De ACEA-inzending pleit voor meer flexibiliteit in de regelgeving voor alle voertuigsegmenten. Voor personenauto's stelt de groep voor om de nalevingsbenchmark voor 2030 te baseren op een gemiddelde over de periode 2028-2032 in plaats van op één jaar, waardoor de impact van vroege tekorten wordt verzacht.

De vereniging streeft er ook naar om plug-in hybrides (PHEV's) en range extenders, die batterij- en verbrandingstechnologieën combineren, een prominentere rol te geven. Ze stelt dat deze voertuigen kunnen dienen als overgangsoplossingen terwijl laadnetwerken zich verder ontwikkelen.

Daarnaast dringt ACEA aan op erkenning van voertuigen die rijden op CO2-neutrale e-brandstoffen en biobrandstoffen, waardoor deze op gelijke voet komen te staan ​​met batterij-elektrische modellen. De groep wil ook stimulansen voor fabrikanten die groene materialen gebruiken – zoals koolstofarm staal – om hun toeleveringsketens te decarboniseren.

Voor bestelwagens adviseert ACEA om de emissiereductiedoelstelling van 50% voor 2030 aan te passen en de naleving van de doelstellingen voor 2025 over een periode van meerdere jaren (2025-2029) te beoordelen. In het segment van zware vrachtwagens pleit ACEA voor een snelle herziening van de CO₂-normen voor vrachtwagens – momenteel gepland voor 2027 – om te voorkomen wat ACEA omschrijft als "onrealistische boetes" voor fabrikanten.

Spanningen met milieuactivisten

Milieugroeperingen hebben zich fel verzet. Transport & Environment (T&E) stelde dat de voorstellen van ACEA mazen in de wet zouden creëren die de klimaatdoelen van het blok effectief zouden verwateren. Volgens de modellering van de ngo zou de toepassing van ACEA's aanpak betekenen dat elektrische voertuigen in 2035 slechts een marktaandeel van 52% hoeven te behalen – ruim onder het klimaatpad van de EU.

ACEA heeft die bewering als speculatief verworpen.De meerderheid van de nieuwe voertuigen die in 2035 verkocht worden, zullen elektrisch zijn,", aldus de vereniging, die eraan toevoegde dat regelgevende flexibiliteit de industriële basis van Europa zou beschermen zonder de groene transitie te vertragen.

GERELATEERD ARTIKEL: De Europese auto-industrie: samenwerking essentieel om voorop te blijven in de elektrische voertuigrace (ACEA)

Industrieel concurrentievermogen en klimaatbeleid op een kruispunt

Het debat vindt plaats nu de Europese auto-industrie te maken krijgt met ongekende druk van twee kanten: toenemend protectionisme en toenemende wereldwijde concurrentie. De VS heeft invoerrechten opgelegd op in China geproduceerde elektrische voertuigen, terwijl de dominante positie van Peking in de toeleveringsketen van batterijen Europese beleidsmakers blijft verontrusten.

Bestuurders betogen dat de EU zonder gekalibreerd transitiebeleid het risico loopt haar voorsprong in de productiesector op te geven en banen te verliezen aan markten buiten Europa.Autofabrikanten investeren miljarden in elektrificatie", zei een bron binnen de industrie,maar de infrastructuur en de consumentenvraag houden geen gelijke tred. De regelgeving moet dat weerspiegelen.. '

Wat staat er op het spel voor beleidsmakers en investeerders?

De komende evaluatie van de Commissie zal de balans tussen milieuambitie en industriële veerkracht op de proef stellen. Een versoepeling van de CO₂-doelstellingen zou de druk op fabrikanten op korte termijn kunnen verlichten, maar riskeert het vertrouwen van investeerders in de klimaatgeloofwaardigheid van het blok te ondermijnen. Omgekeerd zou handhaving van de huidige doelstellingen de inzet van elektrische voertuigen kunnen versnellen, maar de economische druk kunnen vergroten in een sector die werk biedt aan meer dan 12 miljoen Europeanen.

Investeerders, toezichthouders en partners in de toeleveringsketen zullen nauwlettend volgen hoe de EU hybride technologieën, e-brandstoffen en decarbonisatie gedurende de levenscyclus integreert in toekomstige kaders. De beslissing zal ook bepalend zijn voor de manier waarop autofabrikanten kapitaal alloceren in elektrificatie-, waterstof- en synthetische brandstofprojecten in de jaren 2030.

Nu de Commissie haar opties afweegt, bevindt de strategie voor het koolstofvrij maken van de Europese transportsector zich op een cruciaal kruispunt: het land bevindt zich tussen milieuoverwegingen en de politieke realiteit van de industriële transitie.

Volg ESG Nieuws op LinkedIn

onderwerpen

Gerelateerde artikelen